Beste gemeenteleden van de Nederlandse Protestantse kerk in Parijs,
Komende zondag vieren we graag onze eredienst samen met jullie! Via het wereldwijde web vallen alle grenzen weg en weten we ons online met elkaar verbonden.
We lezen dan (en ook volgende week) uit het kleine Bijbelboek Habakuk. Het zijn maar drie hoofdstukken, maar er staat heel wat op het spel. De profeet Habakuk gaat in gesprek met God over al het onrecht en geweld dat hij om zich heen ziet en waarom God er niets aan doet. Hij neemt het niet en roept God ter verantwoording. Maar God heeft een heel moeilijk antwoord voor Habakuk… Wat kunnen wij leren van de houding van deze profeet? Daar denken we zondag over na.
Als u of jij deze weken wat tijd overhebt is het de moeite waard om die drie hoofdstukken eens achter elkaar te lezen. In de bijlage is het boekje Habakuk in de Bijbel in Gewone Taal meegestuurd. Zondagen zullen we uit de NBV ’21 lezen.
Graag tot dan!
Hartelijke groet, namens de Protestantse gemeente Mijdrecht,
Elise Jansen (collega van ds. Erick Versloot)
Het Bijbelboek Habakuk | uit de Bijbel in Gewone Taal
Hoofdstuk 1
1Profetie; het visioen dat de profeet Habakuk zag.
Habakuk stelt vragen aan God
2Habakuk zei: ‘Heer, hoe lang moet ik nog om hulp roepen? U luistert niet! Er is zo veel geweld, ik schreeuw het uit. U helpt niet! 3Waarom moet ik zo veel ellende meemaken? Uw volk heeft het moeilijk. Er is overal onrecht, ruzie en onderdrukking. Mensen doen verschrikkelijke dingen.
En u laat ze maar hun gang gaan! 4Daarom trekken ze zich niets meer aan van uw wetten. Het lijkt wel of er geen recht meer bestaat. Misdadigers onderdrukken eerlijke mensen, zij bepalen nu de wet.’
Het antwoord van God
5De Heer antwoordde: ‘Luister, Habakuk! Kijk eens naar de volken om je heen. Je zult stomverbaasd zijn over wat je daar ziet. Nog tijdens je leven zal ik iets verschrikkelijks doen. Als iemand erover vertelt, zal niemand het geloven.
6Ik laat de Babyloniërs komen. Ze komen snel, en ze zijn wreed. Ze trekken over de hele aarde om andere landen te veroveren. 7Ze doen alleen maar wat ze zelf willen! Iedereen is doodsbang voor dat trotse, machtige volk
8Hun paarden zijn sneller dan panters, wilder dan hongerige wolven. Hun ruiters komen van ver, maar zijn in een paar tellen hier. Hun leger valt plotseling aan, als een roofvogel die grijpt naar zijn prooi.
9De Babyloniërs zijn snel, en ze gebruiken veel geweld. Ze zorgen overal voor angst. Ze nemen ontelbaar veel mensen gevangen. 10Koningen en leiders, daar lachen ze om! Een stad met hoge muren, die hebben ze snel veroverd! Ze klimmen zonder moeite over de muren heen. 11Daarna zijn ze meteen weer vertrokken, om een volgende stad te gaan verwoesten.
De Babyloniërs vereren hun eigen kracht, alsof die kracht hun god is. Maar daar zullen ze voor gestraft worden.’