Gedachteniszondag

AFSCHEID NEMEN (Dietrich Bonhoeffer)

Afscheid nemen
is met zachte vingers
wat voorbij is dichtdoen
en verpakken
in goede gedachten der herinnering

is verwijlen bij een brok leven
en stilstaan op de pieken van pijn en vreugde

Afscheid nemen
is met dankbare handen weemoedig meedragen
al wat waard is niet te vergeten…

Is moeizaam de draden losmaken
en uit het spinrag der belevenissen loskomen
en achterlaten
en niet kunnen vergeten.

Zoals in veel protestantse kerken, waar ter wereld ook, is het gebruik om op de laatste zondag van het kerkelijk jaar de namen in herinnering te brengen van hen die zijn overleden. Er is een kerkelijk jaar voorbijgegaan: de kringloop van de Eerste Advent tot en met de laatste zondag van de Voleinding. We hebben Kerst gevierd, Pasen en Pinksteren en we trokken langs alle ‘gewone’ zondagen om hoop en inspiratie op te doen. En daardoor heen weefde het leven patronen van vreugde en verdriet. Soms was er een levensgrens bereikt en moesten we iemand uit onze kring loslaten.
Dit jaar valt de laatste zondag van het kerkelijk jaar op 20 november. Op deze zondag willen we namen in herinnering roepen en dit zichtbaar maken door een lichtje te ontsteken.

Van harte willen we u/jou (jong of ouder) uitnodigen voor deze dienst ter gedachtenis waarin ook Franstalige elementen zullen worden opgenomen.

Aanvang: 9u45.
Adres: 172 boulevard Vincent Auriol, 75013 Paris (metro Place d’Italie)

Namens de Kerkenraad,
Ruth van der Waall-Schaeffer

De doden als overburen

Ruth van der Waall-Schaeffer,
november 2022

De doden als buren hebben. Misschien heeft u er nooit bij stilgestaan, maar toch kun je de doden als buur hebben. In dorpen is er vaak een begraafplaats rondom de kerk die in het centrum staat. Daarom heen staan huizen en dus hebben de bewoners doden als overburen. Ook in mijn dorpje in het Zuiden ligt de begraafplaats echter niet rond de kerk maar wel zo centraal dat je er heel natuurlijk « binnen » loopt. Het hebben van doden als buren maken je ook bewust van iets: je kunt de dood niet negeren. Je bent een mens die ooit sterft, jong of oud, door ziekte of oorlog. In Prediker staat:’ Er is een tijd van baren en een tijd van sterven.’ Daartussen ligt tijd die je zelf moet invullen. Hoe ga je met die tijd om? Je weet niet hoe lang je leeft, dus is het belangrijk goed met je tijd om te gaan, niet steeds weer plannen uit te stellen. Dat betekent ook niet dat je je tijd maar vol moet proppen om niets te missen. Want dan proef je het leven niet, zegt diezelfde Prediker. In dat kleine woordje ‘proef’ ligt zoveel vervat. Het is wijs om met zekere regelmaat je leventje van alledag te proeven: hoe smaakt het, zit er nog smaak aan? En zo nee: welke ingrediënten ontbreken? Want je hebt niet alle tijd van de wereld. De overburen op de begraafplaats weten er alles van.

Vreugde der wet: een dansje waard

Ruth van der Waall-Schaeffer,
oktober 2022

Eenmaal per jaar gaan de voeten van de vloer! Namelijk op het joodse feest ‘vreugde der wet’.

Dit jaar op 18 oktober. Met de torarol, de rol waarop de tien geboden staan, ga je dansen. Met de Tora op de arm gaat men dan al dansend door de synagoge. Ook kinderen doen hieraan mee. De allerkleinsten worden door hun ouder op de schouders gedragen. Eigenlijk onvoorstelbaar dat je vanwege de wet een vreugdedans maakt. Je voelt je door de wet eerder aan banden gelegd dan dat je uit de band springt. Binnen de ERN Parijs gebruik ik i.p.v ‘wet’ het woord liefdesregels, want dat zijn het. En die zijn een dansje waard.
Er is nauwelijks een beschaving die geen dansen kent. Wat hun houding jegens het lichaam ook is.

Wie kent er niet van die ochtenden waarop je zonder aanwijsbare reden wilt dansen? Dat je spontaan voorbijgangers begroet? Leidt op deze mooie momenten het lichaam de geest?

Wijsheid veronderstelt de medeplichtigheid van het lichaam: de filosoof Nietzsche meende dat dansen wezenlijk is. Dans is de taal van lichamelijk geluk. We luisteren wel naar het lichaam als het in een droevige bui is, maar waarom volgen we het niet als het licht en vrolijk is?

Zou het niet goed zijn als we kinderen op school leren dansen? Zoals er ook gymles gegeven wordt?

Uit de mond van een psychiater tekende ik op dat één dansavond meerdere sessies zou kunnen vervangen.

Misschien zegt u nu dat je wel graag zou willen, maar ja, leeftijd hè, en je stelt vragen bij de souplesse van je lichaam. Maar…niemand dwingt je om in het openbaar te dansen, het gaat om dansen voor jezelf. In je eigen ruimte.

Daarbij: Oud of jong: iedereen kan wel een ritme vinden. Een klein beetje bewegen is al mooi. En als je niet kùnt bewegen, dans dan in gedachten.